Onwaarschijnijke olympische Verhalen: Carl Lewis evenaart het record van Jesse Owens

De carrière van Carl Lewis zat eigenlijk al sinds 1983 in de lift. Toen nam hij voor het eerst deel aan een internationale competitie, met name aan het WK in Helsinki. In het Hoge Noorden won Lewis meteen goud op de 100 meter, de 4x100 meter en bij het verspringen. Het verspringen? Ja hoor, heel wat sprinters waagden toen ook hun kans op de springonderdelen. 

Een jaar later zakte Lewis af naar de Olympische Spelen van Los Angeles. Hij had ondertussen al wat meer ervaring op zak en was zinnens om zichzelf eindelijk te tonen op een Olympisch toernooi. Vier jaar eerder wou Lewis dit al doen, maar toen namen de Verenigde Staten niet deel aan de Olympische Spelen in Moskou omdat de Sovjet-Unie Afghanistan had binnengevallen. 

De jaren dat Carl Lewis moest wachten, verdiepte hij zich in de geschiedenis van de atletieksport. Zo kwam hij erachter dat ene Jesse Owens in 1936 maar liefst vier gouden medailles had gewonnen op de toenmalige Olympische Spelen in Berlijn. Owens werd eerste op de 100 meter, de 200 meter, de 4x100 meter en het verspringen. Geen enkele atleet kwam na Owens nog maar in de buurt van die prestatie maar Lewis wist dat hij, en enkel hij, wel degelijk een kans maakte.

Op 4 augustus 1984 begon Carl Lewis aan zijn missie en de 100 meter sprint. Na een tergend trage start, haalde hij zijn tegenstanders een voor een in, om tenslotte met een ruime voorsprong te finishen. “Toen ik voorbij 75 meter kwam, was ik opgelucht. Ik moest enkel de laatste 25 meter op een constante snelheid uitlopen en dat was het”, aldus Lewis die met kamerbrede glimlach zijn relaas deed voor de pers.

Carl Lewis verzaakte niet om ook de volgende disciplines te winnen. Hij won goud op de 200 meter, de 4x100 meter en het verspringen en evenaarde hierdoor na 48 jaar het record van atletieklegende Jesse Owens. Gek genoeg is dit record tot op de dag van vandaag nog steeds niet gebroken door nieuwe atleten.

Lewis sloeg de wereld met verstomming en ook tijdens de volgende Olympische Spelen in Seoul, Barcelona en Atlanta won hij telkens medailles. In totaal won Carl Lewis negen gouden Olympische medailles en één zilveren en werd hij benoemd tot ‘Olympiër van de Eeuw’ door het Amerikaanse blad Sports Illustrated. Het Internationaal Comité bestempelde Carl Lewis als ‘Sportman van de Eeuw’.

Dankzij deze eretitels, en de vele Olympische medailles, werd de atletieksport plots heel wat populairder in de Verenigde Staten. Hierdoor werd de sport geprofessionaliseerd en traden op een korte tijd heel wat nieuwe leden toe. Wie weet zit er tussen deze leden een nieuw talent dat wacht op ontbolstering...