De overnames die het Europese voetbal veranderden

Sport | Het voetbal is de laatste twee decennia enorm veel veranderd. Daar zit de toename aan overnames voor veel tussen. Steenrijke zakenmannen nemen clubs over om er een winstgevende business van te maken. Daardoor veranderde het Europese voetbal voorgoed.

Door MF

Gepubliceerd op 14.05.18

2min

Chelsea

In 2005 werden The Blues voor een tweede keer in hun bestaan Engels landskampioen, 50 jaar na de eerste titel. Dat dankte het aan de overname door de Russische oliemiljardair Roman Abramovich, die twee jaar eerder 85 miljoen euro betaalde en 119 miljoen euro aan schulden afloste. Abramovich werd steenrijk door zijn goedkoop verworven aandelen van oliemaatschappij Sibneft met een miljardenwinst te verkopen aan Gazprom. Daarnaast was hij gouverneur van het autonome district Tsjoekotka, dat hij gebruikte hij belastingparadijs. Dankzij zijn investeringen won Chelsea in 2012 de Champions League.

PSG

Qatar Sports Investments zorgde er in 2011 voor dat PSG plots weer een topclub werd in Frankrijk. De dure transfers waren niet bij te houden, het resulteerde in vier opeenvolgende landstitels. Europees succes bleef echter uit, ondanks de aankoop van Neymar (222 miljoen) en Mbappé (180 miljoen). De Qatarese investeringsgroep wordt geleid door Nasser Ghanim Al-Khelaifi, eveneens voorzitter van PSG, en bezit onder meer Burrda, dat nog een tijdje kledingsponsor was van de Rode Duivels.

Manchester City

Decennialang leefden The Citizens in de schaduw van Manchester United. Dat veranderde op 1 september 2008, toen Sjeik Mansour bin Zayed Al Nahyan de club overnam. Man City werd een grootmacht en pakte zopas zijn derde landstitel onder de nieuwe eigenaar. Enkel Europese glorie blijft vooralsnog uit. Sjeik Mansour is onder andere ook vice-premier van de Verenigde Arabische Emiraten, minister van presidentiële zaken van Abu Dhabi en kocht Man City met zijn investeringsgroep Abu Dhabi United Group.

Cardiff City

Niet de grootste club, maar ze haalde wel de wereldpers na de overname door Vincent Tan in 2010. De Maleisiër - ook eigenaar van Kortrijk en FK Sarajevo - veranderde de clubkleuren van blauw naar rood, het logo van een blauwe vogel naar een rode draak en wilde enkel spelers met een 8 in de geboortedatum. Hij draaide op aanraden van zijn moeder die beslissingen terug. Tan - die goed staat bij Maleisische politici - vergaarde zijn vermogen met het kopen en verkopen van bedrijven, zoals de Maleisische tak van McDonald's en gokbedrijf Sports Toto.

Manchester United

Het leverde enorm veel protest van fans op, maar in 2005 kreeg de Amerikaan Malcolm Glazer zijn zin: hij werd eigenaar van Manchester United. Dat kostte de miljardair maar liefst 1,2 miljard euro. Als tegenreactie richtten ontgoochelde fans de club FC United of Manchester op, dat in de zesde klasse uitkomt. Glazer investeerde in verschillende sectoren, zoals de voedselindustrie, het bankwezen, vastgoed, olie en het internet. Daarnaast had hij ook aandelen van American Football-team Tampa Bay Buccaneers.

Arsenal

Sinds 2007 had de Amerikaan Stan Kroenke aandelen van de club, maar in 2011 werd hij officieel grootste aandeelhouder. Ondertussen heeft hij 67% van de aandelen in handen. Vorig jaar probeerde de Rus Alisher Usmanov - die ook even geïnteresseerd was in Anderlecht - Kroenke uit te kopen, maar die weigerde. Usmanov bezit 30 procent van de aandelen. Kroenke is eigenaar van de investeringsgroep Kroenke Sports & Entertainment, waarmee hij een rist aan sportteams bezit. Daarnaast is er nog de Kroenke Group, waarmee hij in het vastgoed zit.

RB Leipzig (en RB Salzburg)

In Oostenrijk had Red Bull al een club, in 2009 richtte het in het Duitse Leipzig een nieuwe ploeg op. Het gebruikte de licentie van vijfdeklasser SSV Markranstädt en omdat de wet in Duitsland een bedrijfsnaam in de clubnaam verbiedt, is de officiële naam Rasenballsport Leizpig. Letterijk vertaald: grasbalsport. In 2016 promoveerde RB Leipzig naar de Bundesliga. De energiedrankenfabrikant maakte zich niet populair in Duitsland met deze 'kunstmatige' club. Red Bull bezit onder meer ook twee Formule 1-teams, een Amerikaanse voetbalploeg en mikt daarnaast op spectaculaire nevensporten.

TSG 1899 Hoffenheim

In 2000 was deze provincieclub een vijfdeklasser, acht jaar later werd het herfstkampioen in de Bundesliga. De man achter het succesverhaal was de steenrijke Dietmar Hopp, een ex-speler van de club. Ondertussen is Hoffenheim een vaste waarde in de Bundesliga en heeft het een stadion van 30.000 zitjes. Dat is circa 10 keer de populatie van het dorp Hoffenheim. Hopp werd miljardair als oprichter van het sofware-bedrijf SAP AG en bezit met het Domaine de Terre Blanche ook een chique resort in het zuiden van Frankrijk.

AC Milan

Tien jaar geleden waren de Rossoneri nog een topploeg in Europa, maar na de landstitel in 2011 volgden donkere jaren. Eigenaar Berlusconi weigerde nog te investeren. Chinese investeerders brachten redding, kochten de club voor 740 miljoen euro en spendeerden 200 miljoen aan transfers. Het leverde een wisselvallig seizoen op, al is bekerwinst nog mogelijk. Vooriztter en mede-eigenaar is Li Yonghong, een zakenman die zich met andere investeerders verenigde in Rossoneri Sport Investment Luxembourg.

Internazionale Milano

Vijf titels op rij tussen 2006 en 2010 en in de laatste jaar de treble (titel, beker en CL). Maar na de bekerwinst in 2011 volgde Inter het voorbeeld van buur AC. De blauw-zwarten zakten weg, pas na de overname door het Chinese Suning leefde het weer op. Suning is een van de grootste niet-overheidsdetailhandelaren in China, met 1600 winkels. Dit seizoen deed Inter een tijdlang mee voor de titel, maar een slechte periode gooide roet in het eten.