Bono wordt zestig: portret van de activist achter de superster

Hewson zag op 10 mei 1960 het levenslicht als zoon van een katholieke postbediende en een protestante moeder, die overleed op zijn veertiende. De puber werd in oktober 1976 lid van U2, toen hij nog op de banken van de middelbare school zat. Hij verwierf er de bijnaam ‘bono vox’; ‘goede stem’ in het Latijns. Niettegenstaande zijn zangkwaliteiten in die dagen moesten onderdoen voor zijn podiumprésence, werd hij tot frontman gebombardeerd.

 

Het zesde album van de band betekende de doorbraak: ‘Joshua Tree’ werd een inslaand succes en katapulteerde U2 naar de sterrenhemel van de showbizz. De plaat won meerdere Grammy’s en legde de fundamenten van U2’s muzikale erfenis. Latere albums werden geprezen om hun diversiteit en zin voor experiment, met de industriële sounds op ‘Achtung Baby’ over de funky vibes van ‘Zooropa’ tot de techno-invloeden op ‘Pop’.

 

Nadien ging de band de commerciële toer op, met een terugkeer naar hun rockwortels. ‘All That You Can't Leave Behind’ was een meer eenvoudige maar daarom net krachtige rockplaat, met het Grammy-winnende Beautiful Day.  Ook ‘How to Dismantle an Atomic Bomb’ bracht pareltjes voort zoals de bekroonde singles ‘Vertigo’ en ‘Sometimes You Can't Make It On Your Own’.

Naast zijn muzikale verdiensten heeft Bono een hand in een breed scala aan goede doelen – ingegeven door zijn christelijk geloof. De man is sinds het prille begin van zijn carrière geëngageerd en gedreven door een groot rechtvaardigheidsgevoel. Via zijn status van superster tracht Bono om het bewustzijn aan te wakkeren over diverse wereldproblematieken. Hij is dan ook vaste klant op de affiche van grootse benefietgala’s als Band Aid, Live 8 en Net Aid.

 

Bono ging meermaals in gesprek met wereldleiders over hete hangijzers als schuldverlichting voor ontwikkelingslanden, wereldarmoede en aids. Ook andere urgente topics staan op zijn agenda. Zo zat de superster samen met paus Franciscus om het seksueel misbruik in de Kerk aan te kaarten.

Hij is tevens een onvermurwbare lobbyist voor diverse nobele doelen, waarvan hij twee zelf lanceerde. DATA (Debt AIDS Trade Africa) is gewijd aan het bestrijden van aids en het uitroeien van de armoede op het Afrikaanse continent. One bestrijdt dan weer de globale armoede en wordt daarbij geruggesteund door 100 non-profitorganisaties en beroemdheden als Ben Affleck, Gwyneth Paltrow en Brad Pitt.

In 2005 lanceerden Bono en zijn vrouw EDUN, een sociaal verantwoorde kledinglijn. De missie van het initiatief is om “een duurzame en gezonde werkomgeving te creëren in ontwikkelingsgebieden”. Mede door zijn liefdadigheidswerk werd Bono dat jaar tot ‘Person Of The Year’ uitgeroepen; een prestigieuze titel die het Amerikaans magazine TIME jaarlijks verleent aan personen die hun stempel drukten op het voorbije jaar.

 

In 2006 bundelde U2 de krachten met de punkrockers van Green Day voor een cover van ‘The Saints Are Coming’. Het ingezamelde geld werd aangewend voor de heropbouw van New Orleans na de verwoestende doortocht van orkaan Katrina. Het jaar nadien droeg U2 zijn steentje bij aan de titeltrack van het compilatiealbum ‘Instant Karma: The Amnesty International Campaign to Save Darfur’.

 

Buiten de onstuimige wereld van de rock-’n-roll is Bono een warmbloedige family man. Na zijn naar eigen zeggen "turbulente twintigerjaren" settelde hij zich aan de zijde van echtgenote Ali Hewson, een activiste en zakenvrouw met wie hij al in 1982 in het huwelijksbootje trad. Samen hebben ze vier kinderen: dochters Jordan (1989) en Memphis Eve (1991) en zonen Elijah Bob Patricius Guggi Q (1999) en John Abraham (2001). Door zijn oogziekte glaucoom is Bono overgevoelig aan licht, waardoor hij bijna altijd een zonnebril draagt in de buitenlucht.